Meditatie toelichting (audio)

Opname tijdens meditatie in het Stiltij-verdiepingsweekend van 11-13 september 2020 in Cortils (B.) waarin lichaams-, adem- en geesteshouding wat specifieker wordt toegelicht.

De toelichting begint met een verwijzing naar de inleidende oefeningen die aan meditatie voorafgaan (zie Anonieme Oefening). Voor instructies over de zithouding, zie Dharmium, p. 186 e.v.

[transscriptie]
Nou, als zo [via de inleidende oefeningen] alle heilzaams verzameld is – de eerste fase van discipline heet ook het pad van verzamelen – dan kun je zo ook het je vestigen in meditatie zien als een variant daarvan: alle elementen die heilzaam zijn coördineren en integreren.

Alles voelt voorzien en verzorgd en gedaan, en dan kun je alles loslaten. En dan voel je je gezeten in het leven zelf, gezeteld op de aarde en verbonden met de hemel, volledig ontspannen. Alles wat los kan is los, gedaald in het centrum, samenhangend in alle eenvoud draaiend. Er is geen enkele verplichting, geen enkel beeld waar je aan moet voldoen. Er is alleen een lichte, vreugdevolle soort kloppendheid: dat alles wat nodig is gedaan is, alle besef gewekt.

En dan geef je als het ware het stokje over aan het leven, net als bij die oefeningen waar je de armen laten vullen door het leven zelf, zo stel je jezelf ook helemaal beschikbaar voor het leven om jou te laten beleven wat beleefd moet worden, wat noodzakelijk is, wat het leven noodzakelijk vindt aan beleving – zonder veel toevoeging van beeldvorming of commentaar of bevraging, alleen maar absorberende ontvankelijkheid en totaal open vertrouwend, belevend verbonden zijn met de kracht die we het leven noemen of dharma of waarheid.

En de adem helpt je om dit te stabiliseren, dat beleven: het is een opnemen en doorstuwen. Elke opname is opnieuw doortrokken worden met beleving, met bedoeling van het leven, hernieuwd worden door het leven. En de uitademing is een meeleunen en een schenken daarvan aan alles wat daar iets mee kan doen, zonder er ook weer beelden van te maken.

Deze verhouding is het belangrijkste: dat je plaats neemt in het grotere geheel en dat je je laat verzorgen, zodat er geen aanleiding is voor een factor ‘ik’ die daar nog iets aan moet rommelen. Als dat goed voelt dan kun je de concreetheid daarvan beleven, om te beginnen in je lijf. Dan voel je hoe dat lijf een gelegenheid biedt om dat leven te voelen werken in zijn eigen gezag: de aard daarvan, de samenhang, de vitalisering, de vernieuwing, de transformatie, de wonderlijke synchroniciteit: overal word je in stand gehouden, wordt dat lijf in stand gehouden en verzorgd en getransformeerd.

En wat ik nou lijf noem is eigenlijk een omgeving van aandacht en beleving als je het van binnenuit navoelt. Dit is geen beeld van buitenaf maar dit is een belevingsintensiteit. En dat gebied van beleving kun je wat exploreren, je kunt naar plekken gaan en elke plek waar je bent bevestigt de wezenlijke aard van beleving, biedt geen aanleiding voor beeldvorming, met allemaal eenzelfde verbonden zijn met werking van leven.

Verwelkom dit, die wonderlijkheid, ben blij dat je geen greep hoeft te hebben en dat die samenhang een soort wetmatige zekerheid is. Hoe het lichaam er ook aan toe is, het heeft een noodzaak en een samenhang en een wetmatig verloop, en dat is vertrouwenwekkend. En dan kan dit lichaam fungeren als scholingsplek voor de geest, een vertrouwensplek om te leren hoe het leven werkt. Dan is er nergens aanleiding voor hechting maar integendeel veel aanleiding voor ontspanning en vertrouwen en loslaten.

En je kunt heel concreet observeren hoe jij met je intentie om alles los te laten, hoe het leven des te beter kan functioneren en beleefbaar is en dat het niet wegvalt, dat het jou niet nodig heeft om te functioneren. En dit haalt de angst weg en vervangt dat door ontspanning en opluchting: gerustheid.

Nou, zo kun je de waardevolle aard van het lichaam des te beter recht doen en biedt dit ook aanleiding om de houding goed te blijven voorzien en te verzorgen: Als er wat scheef trekt of verwaarloosd wordt: steeds opnieuw je volheid herstellen en de ontspanning, zodat de beleving weer kloppend voelt en geen aanleiding is voor de zorg van jouw beeldvorming. En wat er dan overblijft is een veld van beleving dat heel stevig en ontspannen voelt en samenhangend zo zijn eigen kracht verzorgt.

En dan blijkt er in het centrum van dat lichaam een soort puls te functioneren die we adem noemen en die anders is van karakter dan de tintelende aard van die lichaamscellen, dat weefsel. Daarbinnen blijkt een deining gaande te zijn die een veel lager tempo heeft en een veel ruimer karakter en veel minder fysiek lokaal is, dus grenzelozer functioneert en waarvan je voelt dat dit een dragende functie voor het lijf heeft, een voedende – vernieuwend steeds – belangrijke rol speelt voor lichaam, dus een wezenlijker facet is van ons bestaan dan dit lichaam, die adem.

Dat wekt interesse om, net zoals je dat lijf hebt ingenomen en rechtgedaan, zo wil je ook de ademenergie aanvaardend beleven en recht doen. En dan doe je daar eigenlijk hetzelfde als in het lichaam: navoelen, innemen, aanvaarden, leren kennen. Dit is natuurlijk een stuk subtieler omdat het niet zo’n locatie heeft en niet zo’n duidelijke voelbaarheid om verbinding mee te maken. Je kunt voelen hoe dat deinen een fase heeft van opname, van binnenstromen, van zuiging, en dan kantelt naar een meeleunen op de uitademing, een verspreiden en een wegebben.

Als het goed is, als je zo meeleunt met de uitademing wegebbend, gewaarzijnd die beweging, kun je ook beseffen dat er in de ruimte waarin dit oplost ook al een inkomende fase gaande is synchroon met uitademen. In die ruimste ruimte is er ook al een binnenkomende tendens die op enig moment voelbaar wordt als inademing fysiek. En dan laat je je vullen op je gemak, je gaat niet zelf bijtanken, je laat je gewoon vullen door het leven.

Er zit ook een soort zuigpuls in de buik die geactiveerd wordt, en als dat vol is dan kantelt dat vanzelf naar uitademing weer. En dan volg je de uitademing, dan leun je mee met het verspreiden, 360-graden rondom, het hele universum vullend met vernieuwde, heilzame energie, voorzien van intentie, verbinding en kwaliteit. Er zit nergens iets destructiefs of betwijfelbaars.

En weer, terwijl dat zo oplost, is er ook weer een ontvangen op gang gekomen. En zo word je op een veel wonderlijker manier nog verzorgd ook door de adem en is ook daar geen enkele reden voor beeldvorming of toevoeging of twijfel, onrust – alleen maar geruststellend: een continu aspect van het leven.

Er zit nergens iets destructiefs of betwijfelbaars. En weer, terwijl dat zo oplost, is er ook weer een ontvangen op gang gekomen. En zo word je op een veel wonderlijker manier nog verzorgd ook door de adem en is ook daar geen enkele reden voor beeldvorming of toevoeging of twijfel, onrust – alleen maar geruststellend: een continu aspect van het leven.

Zo is jouw veld een heel rijk mengsel van beleving, een waardevolle aanwezigheid van een locatie die kwaliteit behelst, waar stevigte, rust en ontspanning vertrouwenwekkend is en een vitaliteit die dat onderhoudt en zich verspreidt nog veel verder, als expressie van diezelfde kracht.

Zo ben jij eigenlijk een plek die het leven uitdrukt, je bent expressie van kwaliteit van leven. En dat doe jij niet zelf maar dat doet het leven zelf: het benut jou om zich uit te drukken, zich kenbaar te maken in al zijn facetten. Ook in z’n wonderlijkste facetten, in al zijn transformatie die jou nog te wachten staat. Als je voelt dat het leven betrouwbaar is dan is alles welkom.

Nou, zoals je het lichaam en de adem hebt nagevoeld, zo ook zak je op eenzelfde manier in de laatste karakteristiek van de totaliteit: de coördinerende factor van bewustzijn, de geest die dit alles draagt en zuiver houdt en noodzaak geeft – en universaliteit, want adem vindt overal plaats en overal synchroon. En alle bedoeling die daarin zit, alle intentie die het wekt, alle interactie die ontstaat: alles wordt uit de grondkracht die wij geest noemen voortgebracht en verzorgd en opgenomen en getransformeerd. Dat is de dharma-basis, dat is wat we waarheid noemen of werkelijkheid, de basis van werkelijkheid. Als het lichaam al werkelijk is en voelbaar, en de adem ook, dan is de geest de meest werkelijke factor.

En als je dus hebt gevoeld hoe je concreetheid en rust kon ontlenen aan het lichaam, en ruimte en vernieuwing aan de adem, zo heeft ook de geest alleen maar een heilzame werking en kun je daar een diep vertrouwen en een echtheid in navoelen en een continuïteit en een diepe verbondenheid: allerlei hartskwaliteiten die dat schenkt. Die totaal vormloze, niet bewegende werking, die nooit veranderende werking [van de geest] heeft, net als lichaam en adem, alleen maar zuivere heilzame werking.

En als je het fijn vindt kun je één van die kwaliteiten kiezen [verbondenheid, eenvoud, moed, inzet, goedheid, vrijheid, etc.]. Om niet de verbinding kwijt te raken in de veelheid van kwaliteiten is het fijn misschien om te voelen: ‘Ah, dít is een voor mij heel herkenbare, werkzame kwaliteit, een kleur van leven die mij helpt om de verbinding met het leven goed te honoreren, dankbaar te zijn en gebruik te maken van de vitaliserende, de geestelijk vitaliserende kracht van die kwaliteit. Ik voel dat als ik die kwaliteit van leven honoreer, dat dit me helpt om alle resterende kleinheid en verkeerde identificatie los te laten en te vervangen door identificatie met het leven zelf via deze kwaliteit, via de waardering voor deze kwaliteit.’

En zo helpt dit je, hier zo’n hartskwaliteit – net zoals het voelen van de adem jou helpt – om je oefenen te stabiliseren en te verdiepen en te laten versmelten in leven alleen maar. Dus als je wilt, als laatste, dan kun je die kwaliteit laten mee-ademen. Als de ademing – je adem volgen of tellen – jouw oefening is, als hulpmiddel voor het voorkomen van gedachtenspinsels en commentaren, dus als dit jouw belevingssteun is, dan kun je daarin tegelijkertijd de werking van die kwaliteit in absorberen. Zodat de adem met elke teug ook die kwaliteit aanvoert en laat werken. En als het jou genoeg is om rechtstreeks je met het vertrouwen in het leven te verbinden, je daaraan over te geven, dan is dat prima: dan is dat jouw oefenvorm, zonder verdere hulpmiddelen. Maar zorg dat je niet afdwaalt, zorg dat het een continuïteit krijgt, dat het een juiste hiërarchie blijft: dat je gezeten blijft in het leven en doorwasemd wordt door beleving – in beleving, niet in beeldvorming.

[geluid van klankschaal]

Aanvaard alle naijlende dwarrelspul, zowel fysiek in het lichaam, in de vorm van wat ongewisheid, pulsjes of scheefheden of wat dan ook. Aanvaard het in de ademsfeer, de gevoelssfeer. En aanvaard het in de mentale sfeer. Alles naijlende effecten in harmonisatie, wennen aan niks nodig hebben, toelaten van de grotere ruimte van adel en goedheid. In het licht van jouw oude investeringen zijn die nu allemaal hun functie aan het verliezen en nu een beetje aan het zoeken naar hun plek. Als je dit aanvaardt in goedheid en de ruimte geeft, dan landt dat allemaal op zijn eigen plaats en dan stopt die activiteit en wordt vervangen door ruimte van beleving.

Zo harmoniseert de beleving zichzelf.
Oké? Vertrouw daarop. Laat het niet zorgwekkend zijn, ga er niet op in, laat los. Aanvaard het, laat los en ga terug naar jouw grondoefening.

◄║►